Het kasteel vindt zijn oorsprong in de 14de eeuw en kreeg de naam van zijn eerste bewoner  Catelyne Coudekeuken. In 1718 nam burggraaf de Nieulant de Pottelsberghe er zijn intrek. In 1880 was het kasteel totaal vervallen en werd het bewoond door landbouwer Romanus Maene.
Omstreeks 1900 werd het kasteel ingrijpend verbouwd toen baron Jozef Kervyn de Lettenhove die het eigendom kocht en er het huidige kasteel liet bouwen naar een ontwerp van Charles De Wulf. Het poortgebouw, en een deel van de achtergevel bleven behouden. Van 14 tot 28 mei 1940 deed het gebouw dienst tijdens de Achttiendaagse Veldtocht als militair hoofdkwartier van het Belgisch leger. 
Na de Tweede Wereldoorlog werd het domein eigendom van de gemeente Sint-Andries en vanaf 1971 van de stad Brugge, het fungeerde als recreatie- en natuurgebied. In 2004 werd het kasteel aan een particulier verkocht. Het kasteel werd door de nieuwe eigenaars volledig gerestaureerd en omgedoopt tot "Château de Beausart". De gelijkvloerse verdieping deed dienst als restaurant en feestzaal, op de bovenste verdiepingen bevonden zich privévertrekken en hotelkamers. In 2009 werd het kasteel opnieuw verkocht en kreeg het terug zijn oude naam.
Vandaag staat het kasteel er een beetje verwaarloosd bij en wacht het op een nieuwe toekomst.